Wetgeving Xenon verlichting
Auto's die van fabriek af met xenon verlichting geleverd worden, dienen te zijn voorzien van automatische hoogteregeling van de lampen en koplampsproeiers. Voor auto's met achteraf ingebouwde xenon geldt dit echter niet. De rijksdienst voor het wegverkeer geeft aan dat bij de APK keuring enkel gelet wordt op de kleur van de lampen en het lichtbeeld. De kleur van de lampen (links en rechts) moet aan elkaar gelijk zijn en mag niet te blauw zijn (maximaal kleur 8000k). Het lichtbeeld verandert na het plaatsen van de xenon lampen niet, doordat het brandpunt van een xenon lamp op dezelfde plek zit als een halogeenlamp. Voor alle specifieke APK keuringseisen klik hier.
Wetgeving LED verlichting dimlicht en mistlicht
Voorheen was het niet mogelijk om het licht van led lampen te ''richten''. Het licht van led lampen schijnt dan alle kanten op. De normale led lampen als dimlicht zijn hierdoor niet toegestaan, simpelweg omdat het niet genoeg licht geeft op de weg en anderen kan verblinden. De technologie is nu zo ver dat led als dimlicht, grootlicht, mistlicht en bochtverlichting wel mogelijk is, mits de lampen de juiste LED chips, wattage, brandpunt en lichtopbrengst hebben. Met onze High Power LED lampen is er een goed richtpunt en hierdoor zicht op de weg zonder verblinding van tegenliggers. Ook het mistlicht wordt tegenwoordig gekeurd op lichtbeeld bij de APK. Het grootlicht dient te werken en de juiste kleur te hebben maar dit wordt bij de APK niet gecontroleerd op lichtbeeld. LED als dimlicht in projector koplampen (lenzen) is ook altijd APK goedkeur. Echter LED als dimlicht in reflector koplampen is niet altijd APK goedkeur. Of het een goed lichtbeeld geeft voor de APK is afhankelijk van de soort LED lamp, de plaatsing daarvan en het armatuur van de koplamp. Dit dient na montage in reflector koplampen gecontroleerd te worden.
Wetgeving LED Dagrijverlichting (DRL)
Auto's die vanaf 2011 nieuw op de markt komen moeten standaard zijn voorzien van verlichting voor overdag. Dit om het voertuig overdag zichtbaar te maken voor anderen. De dagrijverlichting dient automatisch aan te gaan bij het starten van het voertuig of het omdraaien van het contact en voor minimaal 50% te dimmen bij aanschakelen van het stadslicht of dimlicht. Voor het later plaatsen van dagrijverlichting geldt dat het niet automatisch aan hoeft te gaan bij het starten van de auto of het omdraaien van het contact. Echter dient de dagrijverlichting wel voor minimaal 50% te dimmen bij het aanschakelen van het stadslicht of dimlicht. Ook gelden er bepaalde regels voor het plaatsen van de dagrijverlichting. Dit mag maar op bepaalde plaatsen bevestigd worden. Zie afbeelding hieronder.
Bevestigingseisen DRL verlichting